maandag 30 mei 2016

Het jagen

De jacht is geopend. Het sein werd geblazen door Beethoven, voortijdig zelfs, in de reprise van zijn Derde Symfonie. Zo graag willen we de jacht openen. Het behoort tot de essentie van Beethovens muziek dat een melodie wordt versplinterd, zich verspreidt her en der, en dan weer achternagezeten wordt, totdat hij feestelijk wordt achterhaald. Beethoven wint en laat dat uitvoerig weten met zijn extended coda. En uiteraard met zijn grandioze fuga's en fugato's, waarmee hij Bach achterhaalt.

Maar heus wel meer zijn we overal op jacht. Zygmunt Bauman verkondigde al dat we de jacht zozeer willen dat we de prooi als het erop aankomt laten lopen, we hebben liever de jacht dan de prooi. Het is een symptoom van de onoplosbaarheid der wereldproblemen, we jagen koopjes na, ervaringen en genot. Substituut kun je zeggen, maar is the real thing intussen niet het echte substituut? De echte problemen gebruiken we om eraan te ontvluchten en zelf jager te worden.

En dan is er nog het ritueel van de vogelvrije op wie we ongestoord en ongestraft mogen jagen, in alle vrijheid. De homo sacer van Agamben. We maken er een ludiek festijn van in de Tour de France. Er ontsnapt iets en vlak voor de meet halen we het in, dat is de afspraak, elke dag opnieuw. We moeten dat doen, en het waarom is zelf een prooi waarop we filosoferend jacht kunnen maken.

Ten slotte denk ik nog aan het Oerboek van de mens, de Bijbel, die de herinnering aan ons jagersverleden vasthoudt in landbouwverhalen. Onze God is de God die land schept, maar niet dan nadat Hij ons in vrijheid verscheen, als hert bijvoorbeeld, Heilig Hert of The Holy Rabbit. We willen schieten maar ineens hapert de trekker. De hapering wordt zelf het moment, ons momentum, de sleutel tot wie we zijn en wat we verdichten. Wat we bedenken. We bedenken ons.

http://www.nedindie.nl/SlotHubertus.jpg

Geen opmerkingen:

Een reactie posten