woensdag 1 juni 2016

Regressie

Lees je de getuigenissen van jagers, zoals vanochtend in de Volkskrant, dan valt je op dat allerlei betekenissen eraan worden gehecht die ook de tegenstanders van de jacht voorstaan. Jagen gaat gepaard met liefde voor de natuur en voor de prooi, met stilte en een soort zen, met ontstressen. Dit verklaart wellicht mede waarom de confrontaties plaatsmaken voor interesse. Mag ik een keer mee?

Kunnen we met liefde kijken naar de jagers, zoals ze daar staan met hun geweer over de arm, kijkend in de camera?

Ja, met liefde kan er veel, heel veel. Maar ik zou graag deze lijn doortrekken. Als we met liefde kunnen kijken naar deze jagers, die evenzeer prooi zijn van het gejaagde leven, dan kijk ik ook met liefde naar de camera die hen vangt en naar mezelf die de camera vangt. Ik raak in een regressie, zowat ad infinitum, waarin ik steeds benieuwd ben naar de volgende stap. Want vanuit welke liefdevolle blik wordt dat 'mezelf' gezien, wie staat me daar te doden om me beter te kunnen zien en met smaak te kunnen opeten? Waar sluit zich de cyclus?

Deze blog moeten we zelf opvatten als jacht. Bij mijn Tour de France-serie was ik op zoek naar de essentie van dat evenement. Nu ga ik weer verder over dat spoor, en ik ruik de prooi. Het heeft vast iets te maken met die regressieve beweging in de voorwaartse beweging. Een terugdeinzen, of een reculer pour mieux sauter, of nog iets anders. Te vroeg nog om het vizier op scherp te stellen.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten